‘Mens, waar ben je?’
De roep ‘mens, waar ben je’ hoor je nog steeds overal.
Niet precies in deze woorden, maar in allerlei varianten. Wanneer een baby huilt is het een roep om zijn of haar ouder, ‘ik ben alleen en dat wil ik niet’.
Een kind dat voor het eerst naar de opvang of school gaat, kan gaan huilen – wil vader en/of moeder niet laten gaan, ‘mama, papa, waar ga je heen’?
Er zijn onderzoeken gedaan waarbij dit uitreiken van het kind zichtbaar is gemaakt. En onderzocht wat het doet wanneer dit niet beantwoord wordt door de ouder. Dat dit impact heeft. Niet gezien wordt. Het teveel niet beantwoorden van de ‘roepstem’ van het kind kan schade toebrengen aan de hechting.
Je hoort ‘de roep’ wanneer een ouder het kind corrigeert – waar is het contact met mij dat je niet luistert?
Een puber die de grens opzoekt en zichzelf wilt ontdekken en de weide wereld (soms letterlijk) wil intrekken kan een ouder ontmoeten die roept ‘waar ga je heen, verlaat me niet’.
Niet gehoord
Bij een ruzie tussen partners is het vaak de verbreking van het contact wat de impact maakt. ‘Waar ben je?’ is vaak de dieperliggende vraag achter het conflict – Hoe kun je me zo in de steek laten?
Je hoort het de mensen roepen naar overheden toe – hoe kunnen jullie deze beslissingen nemen. Waar zijn jullie dat jullie ons en onze behoeften niet zien?
En je ziet het binnen in een mens zélf. Soms kunnen er zulke beschadigingen zijn dat een mens ver bij zichzelf vandaan komt te staan. Maar ergens roept er dan tóch een stem, ‘waar ben je?’. Er is dan het uiten van een disbalans in het zelf. Op één of andere manier uit het zich… ooit.
Sinds de zondeval zijn de eerste woorden die toen gesproken werden, steeds als roep door het heelal gegaan. De zondeval is het grote verbreken. Verbreken van een gebod. Verbreken van contact. Uit de verbinding gaan. En dus soms ook met zichzelf.
Gevolgen van niet gehoord worden – de beweging terug
Wat kan dit een eenzaamheid geven in het leven. Wanneer je roep niet gehoord wordt. Wanneer je als mens niet gezien wordt. Of niet genoeg gezien wordt om je goed te voelen of daardoor te worden opgebouwd. Alleen zijn met je pijn in je leven is traumatisch!
Het is een hele kunst om in deze wereld elkaar te blijven zien. Niet een ‘hoi, hoe gaat het’ – maar een echt ontmoeten. Elkaar omarmen. Elkaar liefhebben. Want liefhebben is de ander zien en ontmoeten. Liefhebben is het uitreiken naar de ander. Liefhebben is meer dan een emotie, het is een actieve emotie. Het brengt beweging. Het brengt mensen in beweging. Een beweging naar elkaar toe.
Dit is precies wat God ons leert. Een beweging van Hem naar ons. Hij doet het ons voor zodat wij Hem kunnen volgen en nadoen. Hij stuurde Jezus om ons lief te hebben. Hij zág mensen. Je leest dit door de evangeliën heen. Hij hoorde de roepstemmen van al die mensen die riepen – waar bent Ú? En Hij beantwoorde die stemmen.
Troostvol
Dit is een troostrijke gedachte – als niemand mij hier op aarde ziet, mag ik weten dat God in de hemel mij wél ziet. En Hij roept mij, ik mag naar Hem toe. Het kan een troost en steun zijn in zware tijden. In alles wat we meemaken mogen we ons tóch gezien en geliefd weten.