We horen dagelijks over mensen die het slachtoffer zijn van een inbraak, geweld, misbruik. Vaak komt dit door middel van media tot je. Soms doordat je er rechtstreeks mee te maken hebt.
We leven met deze mensen mee, soms zetten we er een crowdfunding voor op of dragen we bij aan crowdfunding. Hiermee hopen we anderen verder te helpen.
Slachtoffers zijn mensen die te maken hebben gehad met onrecht in hun leven. Dat er iets is gebeurt, hen iets is overkomen of dat hen iets is aangedaan wat niet rechtvaardig was.
Slachtoffer zijn of voelen
Maar, er zijn ook mensen die zich slachtoffer vóelen. Van hier uit reageren. Dit doen ze, terwijl ze niet echt onrecht op dat moment meemaken, maar dit gevoel van onrecht met zich meedragen en vanuit deze pijn reageren op huidige situaties. Ze kunnen in het verleden écht onrecht hebben meegemaakt, maar hun slachtofferschap nooit achter hun hebben gelaten.
Deze groep mensen hebben in hun eigen ogen een niet makkelijk leven en leven vanuit dit verdriet en deze zwaarte. Briggitte Kaandorp heeft hier een cynisch nummer over geschreven en gezongen. Het heet ‘ik heb een heel zwaar leven’. Kenmerkend is dat, mensen die zich slachtoffer voelen, niet altijd even makkelijke mensen zijn voor hun omgeving. Dit omdat ze in hun uitingen dit gevoel kunnen meenemen. Ze hopen ergens dat hun onrecht door anderen wordt rechtgetrokken. Dat hen recht wordt gedaan in het hier en nu. Hoewel ze vaak niet bewust zijn dat deze processen bij hen spelen.
Hun recht doen in het nu is helaas niet mogelijk. Tot verdriet voor henzelf en voor hen die met deze mensen te maken hebben. Let wel; ik heb het niet over mensen die in hun recht staan omtrent hun slachtofferschap, ik spreek hier over mensen die vanuit pijn van lang(er) geleden zich rechtvaardigen in het vertonen van een gedrag die schade brengt aan mensen die nu om hun heen staan. En schadelijk is voor henzelf, hoewel ze dit niet beseffen of doorhebben.
Dagelijkse voorbeelden
Een voorbeeld kan zijn dat iemand solliciteert en niet aangenomen wordt. Wanneer deze persoon de afwijzing niet accepteert, maar blijft doorvragen over het waarom, of zelfs vindt dat hij of zij toch écht aangenomen zou moeten zijn en hier boos over is en blijft, dan zou dit een reactie kúnnen zijn vanuit pijn vanuit het verleden. Het bedrijf, de ‘onschuldige’ derde, wordt het mikpunt van pijn die niet alleen pijn van deze afwijzing bevat. Het bevat een veel grotere lading dan alleen de afwijzing op deze sollicitatie.
Nog een voorbeeld: Een moeder die haar kind moet loslaten omdat het kind met een partner verder gaat. Wanneer ze dit niet kan, zich slachtoffer voelt van verlating door het kind, zal ze een claim kunnen neerleggen bij het kind. Waarom kom je nooit eens langs? Waarom zie ik je zo weinig. Dit soort verwijten zijn een uiting van een pijn die groter is dan het loslaten van haar kind. Het is een uiting van een diepe eenzaamheid die deze persoon zelf ervaart. Het verdrietige is, hoe vaak het kind ook langskomt, met of zonder partner, het gevoel van eenzaamheid zal nooit vervult kunnen worden door dit kind. En dát is pas echt verdrietig. Het kind wat in zijn volwassenheid zijn moeder wilt helpen met iets wat die moeder zélf moet aanpakken. Namelijk een gat in haar hart van eenzaamheid en verdriet hierover.
Zo kunnen we veel meer voorbeelden bedenken waarin onverwerkt verdriet, pijn, boosheid of angst gevolgen heeft voor het nu. Gevolgen voor henzelf én voor de mensen die om hen heen staan.
Wat kan je ertegen doen?
En het enige wat echt werkt om van de onverwerkte pijn af te komen is deze aan te gaan. Dit doe je door de bewust de pijn in je leven te ervaren, een plek te geven. Door te rouwen. Door er over te praten, huilen, boosheid te uiten.
Is het aangaan van deze negatieve emotie leuk? Nee. Is het makkelijk? Nee. Waarom je het dan zou doen? Voor jezelf en anderen om je heen, om jouw mooie ‘ik’ te laten zien, want die is er óók. Maar deze ligt verscholen onder de pijn en andere (negatieve) gevoelens.
Hartelijk welkom, ik ben benieuwd hoe mooi jij bent!